[NL] Video Ombudspersoon Toekomstige Generaties

Maandag 6 februari vond het Round Table evenement ‘Ombudspersoon voor Toekomstige Generaties’ plaats in Den Haag. Om een goede indruk te geven van deze geslaagde dag is er een video gemaakt waarin de hoogtepunten te zien zijn. De video geeft duidelijk weer waarom er behoefte is aan een Ombudspersoon voor Toekomstige Generaties. Zeker met de Tweede Kamerverkiezingen om de hoek is het van groot belang om meer mensen bewust te maken van dit initiatief. Wij roepen daarom op onderstaande video te delen!

 

Voordat er officieel een Ombudspersoon Toekomstige Generaties is verankerd, wil de werkgroep Toekomstige Generaties graag functioneren als waarnemend Ombudspersoon Toekomstige Generaties. Iedereen kan hier vanaf nu een beroep op doen via het Twitter account Ombuds Toekomst, of via Facebook.

[NL] Round Table ‘Ombudspersoon Toekomstige Generaties’ trekt jong en oud

Op maandag 6 februari vond de eerste Round Table van 2017 plaats, georganiseerd door de werkgroep Future Generations van de Worldconnectors. De Haagse Hogeschool stelde verschillende ruimtes voor ons beschikbaar en waren de hele dag behulpzaam om ons te ondersteunen, waarvoor dank! Jong en oud kwamen samen om de noodzaak voor een Ombudspersoon voor Toekomstige Generaties toe te lichten. Het publiek was divers: schoolkinderen, politici, internationale gasten, vele Worldconnectors en Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Laurentien der Nederlanden.

Aan het begin van de dag licht werkgroepvoorzitter Jan van de Venis de kern van de Round Table bijeenkomst toe door middel van het visiedocument van de werkgroep Future Generations. In Nederland is de besluitvorming omtrent het tegengaan van bijvoorbeeld klimaatverandering vaak gericht op de korte termijn. Daarnaast hebben alleen volwassenen inspraak in deze besluitvorming, via het stemrecht maar ook in andere sectoren van de samenleving. De werkgroep wil dat meer rekening gehouden wordt met de belangen van toekomstige generaties. Ook onze kinderen en kleinkinderen hebben recht op een leefbare wereld. Dit houdt niet alleen een stabiel klimaat in, maar ook een waarborging van mensenrechten en inclusiviteit. Een Ombudspersoon Toekomstige Generaties kan hier als onafhankelijke actor op toezien. Totdat deze persoon er is, neemt de werkgroep de functie al waar.

Prinses Laurentien staat achter dit initiatief en is aanwezig in Den Haag. Ze vraagt een aantal schoolkinderen van de leeftijd 13-14 jaar naar hun beeld over de toekomst. De kinderen geven aan zorgen te hebben over de klimaatverandering, maar denken wel oplossingsgericht:“We moeten niet te groot denken, kleine stappen kunnen al helpen”. Een andere scholier geeft aan dat een betere toekomst al bij jezelf begint. De onzekerheid van de schoolkinderen ten aanzien van de toekomst vormt een bevestiging voor de noodzaak voor een Ombudspersoon Toekomstige Generaties.

Prinses Laurentien stelt vragen aan scholieren

Onder de aanwezigen zijn diverse (voormalig) Ombudspersonen Toekomstige Generaties uit het buitenland. Nederland kan inspiratie halen uit deze voorbeelden. De ervaringen uit Wales (Sophie Howe) en Israël (Shlomo Shohan) worden onder andere met inspirerende filmpjes aan het publiek getoond. Marcel Szabo, voormalig Ombudspersoon Toekomstige Generaties uit Hongarije vertelt dat het aantal slachtoffers van klimaatverandering onderbelicht is.

Sophie Howe uit Wales

De aanwezige jonge politici van Dwars (GroenLinks), Jonge Democraten, Perspectief (CU), World Youth Parliament for Water, Liberaal Groen en de Jonge Socialisten (PvdA) vertellen opnieuw waarom staatssecretaris Sharon Dijksma hun Manifest voor Toekomstige Generaties aannam. Wederom volgt een dialoog met de schoolkinderen, geholpen door een behulpzame Prinses Laurentien. De opmerkingen zijn wederom nuttig: ”We moeten niet te lang blijven nadenken, maar gewoon doen!

Jonge politici aan het woord, v.l.n.r.: Vincent Bouma (Jonge Socialisten, PvdA), Alide Roerink (Worldconnector), Susanne Reitsma (World Youth Parliament for Water), Simon Putman (Jonge Socialisten, PvdA),  Mark Zandvoort (Perspectief, ChristenUnie) en Tomas Friedhoff (Liberaal Groen)

Prinses Laurentien helpt de scholieren met het beantwoorden van de vragen

Het drukke programma van de dag heeft geen invloed op het enthousiasme van de aanwezigen. Ook tijdens de pauzes wordt er gesproken over de rechten van de toekomstige generaties. Het muzikale duo Ayla van Kessel en Luuk Janssen gebruikt de stem van de huidige, jonge en toekomstige generaties zelfs in de tekst van hun liederen.

Na de pauze was het tijd voor de break-out sessies met verschillende onderwerpen:

Sessie ‘Corporate Governance’

Sessie ‘Environment and Land Use’

Sessie ‘Education’

Sessie ‘Creating an inclusive society’

Sessie ‘Choosing New or Improving Existing Institutions’

Sessie ‘Knowledge for the Future’

Brainstormsessie Worldconnectors

Aan het eind van de dag wordt er plenair teruggekoppeld. Een panel bestaande uit de (voormalig) ombudspersonen uit het buitenland, Catherine Pearce van het World Future Council en Ralien Bekkers reageren op de bevindingen uit de break-out sessies. Opnieuw blijkt de uitspraak “in kleine stappen denken” van toepassing op de vraag hoe nu verder te gaan. Er kan niet anders gesteld worden dan dat er een noodzaak is voor een Ombudsman Toekomstige Generaties. Dit blijkt niet alleen vanuit de dialogen met de schoolkinderen, maar ook vanuit de ervaringen uit het buitenland. Jong en oud zijn ervan overtuigd dat een Ombudsman Toekomstige Generaties de leefbaarheid in de toekomst kan waarborgen. Niet alleen op het vlak van duurzaamheid en milieu, maar ook op het gebied van sociale, culturele en economische zekerheid. Voordat deze ombudspersoon officieel is ingesteld, zal de werkgroep Future Generations met Jan van de Venis deze functie blijven waarnemen.
Afsluitende plenaire sessie, het panel reageert op de bevindingen uit de break-out sessie

Diner op uitnodiging van Prinses Laurentien, Jan van de Venis spreekt

 

[NL] Blog Naema Tahir: Een nieuw jaar, een nieuw voornemen

Worldconnector Naema Tahir is auteur van vele boeken en artikelen over de multiculturele samenleving, met een bijzondere belangstelling voor de mensenrechten van vrouwen in zowel moderne als traditionele gemeenschappen. Haar nieuwste boek Brieven in Urdu verscheen op 17 oktober bij Prometheus en is verkrijgbaar in de grotere boekwinkels of online. Hieronder volgt de meest recente column van Tahir die zij maandelijks schrijft voor het dagblad Trouw.

Deze column verscheen op 22 december in Trouw


Het einde van het jaar nadert. Heb ik me gehouden aan mijn goede voornemen, in deze krant aan het begin van het jaar uitgesproken, om een jaar lang geen kleren te kopen?

Ik ontleende destijds mijn inspiratie aan de actrice Ali MacGraw, ooit bekend van de film ‘Love Story’. MacGraw werd rap beroemd, maar werd evenzo snel weer vergeten, verliet Hollywood en leefde in afzondering. Enkele jaren geleden vertelde ze Oprah Winfrey dat ze dertig jaar lang geen kleren had gekocht.

Dat sprak me aan en ik besloot het een jaar uit te proberen. Een heel jaar geen kleren kopen.

Diezelfde week echter, kocht ik iets. Iets kleins. Een legging in een kleur die ik niet had. En jurist die ik ben, interpreteerde ik mijn overtreding weg, door de regel uit te leggen als: een jaar lang geen kleren kopen, tenzij noodzakelijk. Want er zijn altijd uitzonderingen. Nood breekt wet. Toch?

Meteen daarna testte het lot me. Een zwarte spijkerbroek scheurde bij het been. Zoiets gebeurt nooit. Maar het geschiedde nu wel. ‘Jippie’, dacht ik, ‘force majeur, ik mag weer een nieuwe zwarte spijkerbroek kopen. Want het is noodzakelijk.’

Toen ging ik nadenken. ‘Ik zou een jaar lang niets kopen, niet waar? Nu moet ik mijn woord gestand doen.’ Zo kwam het dat ik mijn spijkerbroek niet verving. Die gedachte en dat niet-doen waren bevrijdend. Dat was echt het eerste moment dat ik begon te consuminderen.

Consuminderen, consumatorium, consu-no-go. Er is eigenlijk geen goed woord voor niet-consumeren. Zo’n woord hebben we wel hard nodig.

Ik geef het toe, af en toe ben ik toch bezweken. Waaraan? Aan koopjes. Een rok, een trui, allemaal zo sterk afgeprijsd, je bent gek als je het laat liggen. Het voelde alsof ik mijn voornemen niet echt overtrad door die enkele euro’s uit te geven. Een stiekem, klein vergrijp.

En weet je wat? Die nieuwe rok heb ik niet eens aangetrokken het afgelopen jaar!

Het is omdat ik genoeg heb. Echt. Genoeg. Enoughness, noemt Jill Chivers het, een Australische minimalisme-coach die, op haar website shopyourwardrobe.com, mensen aanzet om in hun eigen kledingkast te winkelen en niet steeds te bezwijken voor de drang om te kopen, kopen, kopen. Enoughness. De klassieken noemden het matigheid. Maar dat klinkt ons te ouderwets. Zo is er ook Project 333, dat mensen adviseert met een kleine selectie kleren, een capsule genaamd, het jaar door te komen.

Ik ben er weg van. Zo erg dat ik nu echt minder kleren ben gaan kopen. Ik heb me afgemeld voor allerlei nieuwsbrieven die hun koopwaar aanbieden, de uitverkoop in de stad brengt me niet meer in verleiding. En ook ben ik minder gaan snoepen.

Kopen is een verslaving, met zijn eigen rush, schuldgevoel en verlangen naar een volgende high. Onze voornaamste identiteit is die van consument geworden, schreef Noam Chomsky al.

Mijn nieuwe voornemen is om nu twee jaar lang geen kleren te kopen. Maar terwijl ik dit schrijf weet ik dat ik stiekem toch dat ene buitenkansje zal aangrijpen, als het zich voordoet. En ik weet ook waarom: omdat ook ik een zwak mens ben.

Dat niet-doen, dat niet-consumeren werkte bevrijdend.

[NL] Blog Naema Tahir: Kerstmis kruipt weg

Worldconnector Naema Tahir is auteur van vele boeken en artikelen over de multiculturele samenleving, met een bijzondere belangstelling voor de mensenrechten van vrouwen in zowel moderne als traditionele gemeenschappen. Haar nieuwste boek Brieven in Urdu verscheen op 17 oktober bij Prometheus en is verkrijgbaar in de grotere boekwinkels of online. Hieronder volgt de meest recente column van Tahir die zij maandelijks schrijft voor het dagblad Trouw.

Deze column verscheen op 24 november in Trouw


Kerstmis komt er met rasse schreden aan. Enige tijd geleden kreeg ik een afgeschreven kinderboekje mee van de plaatselijke bibliotheek, getiteld ‘Het is Kerstmis’. Leuk, dacht ik, om aan mijn dochter voor te lezen. Maar bij kennisname van de inhoud sloeg alras de verbijstering toe. Het kerstverhaal wordt hier teruggebracht tot ene Maria die in een stal een naamloze baby krijgt en Jozef die daarop naar buiten loopt, hoera roept en zegt dat iedereen mag komen kijken, waarop de baby veel cadeautjes krijgt van alle anonieme bezoekers. Dat was het, echt waar.

Voor en achterin het boek staan vier kerstliedjes, waarvan de tekst volledig is geamputeerd. Bijvoorbeeld ‘Er is een kindje geboren, hoera! (2x), ‘t Ligt in een bedje bedekt met wat hooi (2x)’. Dat was het. Niks ”t Kwam op de aarde voor ons allemaal.’

Idem dito de andere liedjes. Elke verwijzing naar Jezus en het christendom is er categorisch uit geschrapt. Het boekje eindigt met: ‘Het is kerstmis. Kaj en Lizzie (de twee hoofdpersonen) versieren de ijstaart met kransjes van schuim en chocola. Nu gaan de sterretjes aan! roept Kaj. En de kaarsjes, zegt Lizzie. Vrolijk kerstfeest!’

Het is jammer allemaal. De makers van het boekje vinden het kerstverhaal in wezen niet meer van deze tijd. Een heilige die geboren wordt en onder de mensen leeft, het is te mal voor woorden, vinden ze vast. Maar helemaal opgeven en verzwijgen willen ze het verhaal ook weer niet. Dus seculariseren ze het. Met als onbedoeld gevolg dat er een volstrekt betekenisloze romp overblijft. Dat geldt evenzo voor hun bewerking van de kerstliedjes. De ziel is eruit gesloopt, maar we blijven Kerstmis vieren en kerstliedjes zingen hoor!

Welbeschouwd is het boekje bijna symbolisch voor de staat van de westerse cultuur. Die heeft afscheid genomen van zijn spirituele bronnen, maar kan ze toch nog niet helemaal loslaten. Wat resulteert is best triest. Kerstmis zonder Christus, Pasen zonder de kruisiging, Hemelvaart zonder de hemel, Pinksteren zonder de Heilige Geest.

Nee, dan de Franse revolutionairen van 1789. Die hebben in één klap het christendom afgeschaft en vervangen door de cultus van de rede, met een eigen feest, tempel en zelfs godin. Dat is lef hebben. Weg met dat oude bijgeloof, we vervangen het door iets nieuws en beters, moeten ze hebben gedacht. Daartoe zijn we kennelijk niet meer in staat. Net als de revolutionairen van toen, geloven de meeste mensen anno nu ook niet meer in de oude verhalen, maar we zijn niet mans genoeg er een streep door te halen en iets anders te vieren, waarin we wél geloven. Of helemaal niets meer te vieren.

En dus blijven we Kerstmis vieren, met kerststalletje onder de kerstboom, kerstdiner, en een cd met christmas carols. Veel mensen gaan zelfs in de kerstnacht of op Eerste Kerstdag nog naar een katholieke mis of protestantse dienst. Maar de bezieling is eruit en wat overblijft is vooral een vaag gevoel van leegte en verlies.

In wat voor tijd leven we? Het voelt aan als een overgangstijd. Het oude is teloorgegaan. Alleen de herinnering eraan bestaat nog en is ons dierbaar. Maar ook die zal binnenkort verdwenen zijn. En dan?

Wat resulteert is pathetisch: Kerstmis zonder Christus

Sherlien Sanches: Rechten inheemse volkeren Suriname

inheemse-indiane-surinameSuriname, het land waar ik ben geboren, als dochter van een Inheemse moeder en een creoolse vader. Wij noemen onszelf niet graag Indianen maar Inheems of Kalinya’s. In Suriname wonen er verschillende Inheemse stammen. De Kalinya’s (Caraïben), de Lokono’s (Arowakken) wonend aan de kuststrook, en de Akoerio, Trio en Wayana wonen meer in het binnenland van Suriname.

5000 jaar oude rotstekeningen

Al duizenden jaren wonen de Inheemse samen met de planten en dieren. Zij leven van het land en van de jacht. Vrij van een materialistische wereld zoals wij die kennen. De oudste archeologische vondsten zijn 5000 jaar oude rotstekeningen in Zuid-Suriname. Het vermoeden is dat religieuze Inheemse leiders deze hebben gemaakt.

Mijn moeder komt uit het Caraïbisch Inheemse dorp Akarani, ook wel Bigi Poika genoemd. Zij treedt vaak op met haar muziekgroep Pawana in kleurrijke traditionele klederdracht. Ik ga met veel plezier terug naar Suriname. Het is altijd een mooie beleving als we op bezoek gaan bij oma in het dorp Bigi Poika. Daar genieten wij van de ongerepte natuur. We maken wandelingen door het bos met mijn neefje van acht jaar als gids. We overnachten in hangmatten in de hut van oma of ander een familielid. Ik heb veel bewondering en respect voor de manier waarop de Inheemsen overleven. De oudere generatie verbouwt nog steeds haar eigen cassave en de mannen gaan op jacht voor hun favoriete gerecht Atyupo (Peprewatra), een pittige soep met wildvlees of vis en cassavebrood. In de avonduren zitten we rond het kampvuur en vertellen de familieleden oude volksverhalen over de geestenwereld en onze voorouders.  Alles heeft volgens hen een ziel, zelfs een blad van een boom. Alles heeft een spirit en daar moet je respect voor hebben! Zij leren ons dat wij allen deel uitmaken van een groter geheel. Daarom mogen we anderen geen schade aan brengen, want daarmee zouden we onszelf schaden.

Lees hier het volgende deel van de blog van Sherlien Sanches.

IMG_0983

Global Goals: we hebben allemaal een ‘Licence to operate’

20160607_1757_IMG_6081Global Goals: we hebben allemaal een “Licence to operate”

Door: Veronique Swinkels, directeur BBK door Vriendschap Sterker en mede-initiatiefnemer Global Goals Accelerator.

Deze blog is eerder gepubliceerd in de Global Goals Accelerator Linked In groep op 15 juli 2016

 

Global Goals Accelerator Estafette Bijeenkomsten

​In juni en juli 2016 organiseerde de Global Goals Accelerator 8 inspirerende estafettebijeenkomsten waarbij alle 17 Global Goals (SDG’s) werden besproken en meer dan 200 mensen waren betrokken. De Global Goals Accelerator heeft als doel om de realisatie van de Sustainable Development Goals te versnellen.

Initiatiefnemers zijn Alide Roerink (Earth Charter) en Veronique Swinkels (Duurzaamheids Dialoog en BBK/Door Vriendschap Sterker). Tijdens iedere bijeenkomst gaven we punten en conclusies door. De komende maand gaan we verder met het analyseren van de opbrengst en organiseren we een synthesebijeenkomst waarin we ook de toekomstplannen van de Global Goals Acccelerator zullen presenteren.

Uit de 8 bijeenkomsten ontstaat al een interessant beeld van waar veel resultaten kunnen worden behaald om de realisatie van de Global Goals te versnellen.

Mensen en systemen veranderen daar hebben alle SDG’s baat bij
Technologische en wetenschappelijke inzichten en ontwikkelen kunnen ons enorm helpen om de Global Goals doelstellingen te realiseren. Maar waar vooral de meeste winst te behalen valt is in ontwikkelingen die te maken hebben met maatschappelijke innovatie, nieuwe kijk op waarde en persoonlijke ontwikkeling. Alleen dan komen de technologisch en wetenschappelijke ontwikkelingen terecht in een omgeving die er het maximale uit kan halen.

Licence to operate
We hebben een licence to operate was vanaf het begin ons uitgangspunt. We hoeven op niemand te wachten maar we hebben wel alles en iedereen nodig. De Global Goals zijn ook Local Goals en vooral Personal Goals. En vanuit de Personal Goals moeten we nieuwe verbanden leggen, oude gewoontes en aannames ter discussie stellen zodat grote systemen veranderen en paradigma’s verschuiven.

De uitdagingen waar we voorstaan bevinden zich op wereldniveau. Hoe vertalen we dit naar persoonlijk gedrag? Bewustwording is dan van belang. Dat vraagt om transparantie en eerlijke informatie. Een andere manier om impact te meten, externalities vertalen in geld, true pricing en true risk bepalen en anders aankijken tegen rendement. Op dit niveau spelen internationale instituties en de grote multinationals een grote rol.

Sustainability standaard
De rol van de financiële sector en de manier waarop we ons geld hebben georganiseerd staat ter discussie. Een sustainability standaard zegt zo veel meer over wat echt van waarde is en effect heeft op mensen en planeet dan de huidige goudstandaard of beurskoers.Voor versnelling en realisatie van de Global Goals hebben we mensen nodig die leiderschap tonen en de transformatie gaan dragen. We kunnen niet zonder system hackers, warrior networks en de ‘wisdom of the crowd’. Voorlopers zowel op organisatie niveau als persoonlijk niveau hebben onze support nodig. Wetgeving, regelgeving en juridische inbreng kunnen hierbij helpen. Genoemd werden: The right to know helpt mensen de juiste keuzes te maken, acceptatie en uitwerken van het begrip Ecocide geeft mogelijkheden grote vervuilers aan te pakken, Zero-tollerance aan de hand van icoon-voorbeelden zoals plastic zakken, plastic flesjes en specifieke chemicaliën, true pricing en true risk verwerken in economische modellen en business cases, duurzame productie als norm stellen en niet de uitzondering voor alle spelers in de markt, inclusie van instituties op alle niveau waardoor de burger weer echt inspraak krijgt om de eigen omgeving inclusief een sterke gereguleerde positie voor de rechten van toekomstige generaties.

Politiek, bestuur en maatschappelijk middenveld kan hierop sturen en partijen waarderen die het goed doen. Er wordt gedacht over een stemwijzer die politieke partijen toetst op inbreng op de global goals, maar misschien is een eigen politieke partij wel een beter idee.

Maatschappelijke innovaties
Maatschappelijke innovaties zitten ook op het niveau van handelingsperspectief. Denken zal meer moeten plaatsvinden vanuit bestaande ecosystemen. Gedacht vanuit het effect van de mens op de natuur maar ook vanuit de natuur op de mens. Global denken houdt op persoonlijk niveau in dat we ons wereldwijd verbinden met de eco-systemen waarop ons handelen effect heeft. Daar ook waarde aan toekennen. Lokale oplossingen zijn de beste oplossingen als ze op maat worden ontwikkeld met de lokale omstandigheden als uitgangspunt. Er is een enorme maatschappelijke innovatie nodig, onder andere rond de circulaire economie.

Persoonlijke ontwikkeling: leiderschap en dragerschap
Persoonlijke ontwikkeling gaat vooral over het hebben van voldoende kennis en keu20160607_1746_IMG_6068zes om een duurzame leefstijl te ontwikkelen en te denken in verbanden en verantwoordelijkheden die verder gaan dan we gewend zijn. Dit vraagt om aanpassingen op het gebied van educatie, voorlichting en productinformatie.  We kunnen en moeten ons meer verbinden en hebben de (IT-) mogelijkheden daarvoor. Dat betekent werken aan en vanuit dezelfde waarden en ons verbonden voelen met planeet en medeburgers. Denken in andere termen dan economisch rendement vraagt om een groot paradigma-shift. En kan alleen als we helderheid krijgen over de echte impact van ons handelen en vooral onvermoeibaar zoeken naar de waarheid, dieper graven dan de oppervlakkige beelden waarmee we nu in slaap worden gesust door overheid, bedrijven, media en investeerders. Essentieel is een persoonlijke ethiek bespreekbaar maken, anderen hierop aanspreken, authentiek en integer handelen. Leiderschap is nodig, maar ook dragerschap. Wie neemt de uitdaging aan en geeft het stokje door.

Anne-Marie Rakhorst: Een goed bewaard geheim

_D3S7960Voor het platform Duurzaamheid.nl sprak ik onlangs uitgebreid met Hugo von Meijenfeldt, coördinator nationale implementatie van de Global Goals verbonden aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Het gesprek ging – uiteraard – over de nieuwe werelddoelen. Hij verklapte een goed bewaard geheim…

De Millenniumdoelen (voorloper van de Global Goals for Sustainable Development), zijn behoorlijk succesvol geweest. Het percentage extreme armoede en honger – Millenniumdoel 1 –  is in 12 jaar tijd gemiddeld genomen gehalveerd, het doel was in 15 jaar. Als mens en als ondernemer raakt me dat. In positieve zin. Ik merk dat de nieuwe ‘werelddoelen’ soms zo groots voelen, dat het lijkt alsof we er maar weinig invloed op hebben. Wat Hugo ons vertelt, laat het tegendeel zien. Zulke doelen stellen, heeft wel degelijk veel zin, biedt kansen en zet mensen in beweging. Honger gehalveerd: dat is sprekend voor iedereen, ook voor wie zich niet direct aangetrokken voelt tot dat grootse. En die aantrekkingskracht hebben we ontzettend hard nodig.

Aan de ene kant zien we namelijk een uniek initiatief als het Global Goals Charter, waarin door multinationals, ngo’s en enkele kleine ondernemingen samen aan oplossingen gewerkt wordt op specifieke thema’s. Zo werken onder andere Philips en UNICEF samen op het gebied van gezondheid. Onder de naam ‘Human Cities Coalition’ werken partijen als Akzo Nobel, Arcadis en Alliander aan leefbare steden wereldwijd.

Tegelijk laat onderzoek van Kaleidos Research zien dat – hoewel de Global Goals zich meer dan de voorganger richten tot het bedrijfsleven – de aandacht toch vooral uitgaat naar de grote bedrijven. En dat er nog uitdagingen liggen om ook die kleinere ondernemers zich meer betrokken te laten voelen bij de doelen. Blijkbaar zijn MKB’ers zich nog weinig bewust van de doelen en van hun bijdrage daaraan. Terwijl ze van onschatbare waarde zijn met hun kennis, product of dienst.

Want, een belangrijke kanttekening bij de Millenniumdoelen is dat het realiseren ervan ten koste is gegaan van iets anders: de mensen zelf en onze omgeving. Daar ligt ook de uitdaging voor nu. We moeten onze wereld en onze economie opnieuw ontwerpen. Een uitdaging van en kans voor iedereen. En juist die kleine en middelgrote ondernemingen zijn als geen ander in staat zijn om juist die ketens die we moeten aanpakken, met een frisse blik te bekijken en open samen te werken met andere partijen.

Denk aan een prachtige onderneming als Fairphone, onlangs nog zeer terecht genomineerd voor de Koning Willem I Plaquette voor Duurzaam Ondernemerschap. Met een team van mensen werkt het bedrijf aan de verbetering van een hele elektronicaketen. Het is keihard werken en geen gemakkelijke opgave. Maar het proces maakt wijzer, levert op en inspireert ook de grote organisaties tot verbetering.

Zo zijn er nog ongelofelijk veel kansen. Van de plastic soep uit de oceanen die nieuwe toepassingen krijgt in bijvoorbeeld jeans (G-Star Raw) en tapijt (Interface). Tot het gemaaide gras van Staatsbosbeheer dat door een bedrijf als NewFoss tot een nieuwe grondstof gemaakt wordt voor biologisch afbreekbare verpakkingen.

Deze geweldige oplossingen verdienen alle aandacht die we ze kunnen geven. Laten we van successen geen geheim meer maken, ze vieren en ze met elkaar delen. We hebben iedereen nodig om goede initiatieven te bedenken en op te schalen en om van de 17 werelddoelen een nieuw succes te maken. Zodat we helemaal geen extreme armoede en honger meer kennen én in een schone, veilige wereld kunnen leven.

Op naar 2030!

Anne-Marie Rakhorst

PS Vanuit Duurzaamheid.nl proberen we het enthousiasme komend najaar over te brengen met een bijzondere campagne. Schrijf je in voor onze nieuwsbrief als je het leuk vindt om op de hoogte te blijven!

Nawoord: Inmiddels lanceerde Anne-Marie de aansprekende campagne ’17 doelen die je deelt’, in de aanloop naar de Dag van de Duurzaamheid 2016.

Veronique Swinkels: Hoe maken we van Global Goals ook Local Goals?

Deze blog verscheen eerder op www.doorvriendschapsterker.nl

Dit jaar stelden de Verenigde Naties nieuwe Sustainable Development Goals op. Het grootste verschil tussen de oude millenniumdoelen en de nieuwe doelen is dat deze laatste nu voor alle landen gelden. Het gaat dus niet langer om doelen die in arme landen moeten worden gerealiseerd door financiering van de rijkere landen. Armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling worden in elkaar geschoven. De bekende pijlers van duurzame ontwikkeling; people, planet en profit, worden aangevuld met de dimensies veiligheid en rechtsorde.

Ook nationaal en lokaal richtinggevend
De 17 mondiale doelstellingen van de Verenigde Naties lijken abstract maar dat zijn ze niet. Ze gaan heel concreet over onze lucht, vuur, aarde en water. Ze moeten zorgen voor wereldwijde prioriteiten maar zijn ook op nationaal en lokaal niveau richtinggevend. Ook Nederland wordt opgeroepen om actief in te zetten op het tegengaan van voedselverspilling, bevorderen van duurzaam inkoopbeleid, verminderen vervuilingsimpact van steden, duurzame energie, bescherming van biodiversiteit etc etc. De 17 Global Goals lezen als een goed verkiezingsprogramma van een partij die nog moet worden opgericht. Met een duidelijk afgebakend 15-jarig tijdspad.

Het zijn ambitieuze doelen waarbij de gezamenlijke inzet is vereist van zowel centrale als decentrale overheden, het bedrijfsleven, NGO’s en individuen. De doelen leven nu nog vooral binnen de VN, maar een wereldwijde campagne moet ze meer bekendheid geven. Iedereen kan daar een bijdrage aan leveren. Interessant wordt het vooral om te zien wie leiderschap gaat tonen en wie welke rol op zich neemt bij het realiseren ervan. Want als organisatie, overheid en bedrijf anno 2015 kun je er niet omheen om in je beleid een verbinding te leggen met een of liefst meerdere van deze doelen. Hopelijk sluit een grote groep actieve burgers zich hier snel bij aan.

Zelf voel ik me het meest betrokken bij de doelstelling duurzame consumptie en productie. Ik zie in het veranderen van consumentengedrag een enorme uitdaging waarmee duurzame ontwikkelingen kunnen worden versneld. Een belangrijke uitwerking van Goal #12 is om in 2030 te zorgen dat mensen overal ter wereld gaan beschikken over relevante informatie en awareness voor duurzame ontwikkeling en een levensstijl in harmonie met de natuur. Ga er maar aan staan. Hele generaties in Nederland (en daarbuiten natuurlijk) moeten worden geïnformeerd over de duurzame keuzes die zij als consument en burger (nu al) kunnen maken. En bedrijven zullen moeten uitleggen waar zij staan in de keten. Het effect zal een toenemende vraag om transparantie worden; wat zit er in ons voedsel, waar komt onze kleding vandaan, waar wordt ons geld in belegd en welke energie verstoken we.

Global Goal 12

Bedrijven die niet verduurzamen komen hier niet meer mee weg
Externe factoren zullen de komende jaren voor veel sectoren steeds meer interne werkelijkheid worden. Financiële beslissingen en investeringen kunnen niet langer los worden gezien van de onvermijdelijke trend die wordt ingezet. Investeerders in bedrijven die verzaken maatregelen te nemen om grondstoffen beter te benutten, de keten te verduurzamen of een negatief effect hebben op de biodiversiteit zijn gewaarschuwd. Beleid en publieke opinie zal zich tegen deze bedrijven keren en de oude business case onrendabel maken. Energiebedrijven en investeerders in “oude energie” hebben hier nu al last van. Bedrijven die de kern van de eigen business verduurzamen hebben de toekomst. Het argument dat de klant er nog niet voor wil betalen is achterhaald en zal de komende jaren steeds valser klinken.

Laat je zien!
Maar bovenal is het een enorme kans voor bedrijven. De Global Goals bieden een gedeelde taal, ambitie en doelen. Bedrijven kunnen aan de hand van de Global Goals consistent en effectiever communiceren met hun stakeholders over hun impact en gedrag. En het wordt makkelijker om partners te vinden met een gedeelde doelstelling. De doelen zijn een belangrijke stip op de nabije horizon. Ze zullen worden gebruikt om publieke en private investeringen te richten op bedrijven die in staat zijn innovatieve oplossingen en echte veranderingen teweeg te brengen. De waarde van corporate sustainability en MVO zal enorm toenemen. Of het in Parijs nu wel of niet tot een akkoord komt. Het gaat bij deze doelen namelijk niet alleen om duurzaamheid; gezondheid, gelijkheid, veiligheid zijn net zo belangrijk. Bedrijven hebben baat bij goed opgeleide werknemers, een inclusieve arbeidsmarkt, gezonde, veilige, duurzame steden, transparante financiële systemen en niet-corrupte overheidsinstituties. Daar hoef je de grens niet voor over; dat is dagelijkse en lokale kost.

Achterblijvers hebben risico op juridische en reputatieschade
Het beleid in Nederland liep de laatste jaren op dit terrein zeker niet voorop. Onze poldermentaliteit liet te veel ruimte voor eigen interpretatie met een lage ambitie tot gevolg. De nieuwe Global Goals zullen handvatten worden voor de verwachtingen van uiteenlopende stakeholders. Toekomstig beleid op internationaal, nationaal, regionaal en lokaal niveau zal eraan getoetst worden. Bedrijven en organisaties die het eigen beleid in overeenstemming brengen met de Global Goals zullen hun betrokkenheid met consumenten, werknemers en de lokale community versterken en diegenen die dat niet doen lopen een toenemend risico op juridische en reputatieschade.

Hoe nu van Global Goals ook Local Goals te maken? Door ze vooral als Local Goals te gaan zien en ze mee te nemen in politieke besluitvorming en ondernemersbeleid. En laat die nieuwe politieke partij maar zitten, ik hoop dat de Goals richtinggevend gaan worden voor alle politieke partijen. Echter gaan we de echte impact pas zien als de Goals onderdeel worden van het beleid van het grotere en kleinere bedrijfsleven in Nederland en de keuzes die consumenten en burgers vandaag al kunnen maken. Duidelijke communicatie helpt hierbij. En om het voor iedereen makkelijk te maken zich aan de Goals te verbinden en elkaar te vinden hebben wij alvast per Goal een ‘Wij versterken’ visual gemaakt.

De 17 Global Goals van de Verenigde Naties:

  1. Uitbannen van alle vormen van (extreme) armoede
  2. Einde aan honger, zorgen voor voedselzekerheid en duurzame landbouw
  3. Gezondheidszorg voor iedereen
  4. Inclusief, gelijkwaardig en kwalitatief onderwijs voor iedereen
  5. Gelijke rechten voor mannen en vrouwen en empowerment van vrouwen en meisjes
  6. Schoon water en sanitair voor iedereen
  7. Toegang tot betaalbare en duurzame energie voor iedereen
  8. Inclusieve, economische groei, werkgelegenheid en fatsoenlijk werk voor iedereen
  9. Infrastructuur voor duurzame industrialisatie
  10. Verminderen ongelijkheid binnen en tussen landen
  11. Maak steden veilig, veerkrachtig en duurzaam
  12. Duurzame consumptie en productie
  13. Klimaatverandering tegengaan
  14. Beschermen en duurzaam gebruik van de oceanen en zeeën
  15. Beschermen van ecosystemen, bossen en biodiversiteit
  16. Bevorderen van veiligheid, publieke diensten en recht voor iedereen
  17. Versterken van het mondiaal partnerschap om doelen te bereiken

 

Alide Roerink in gesprek met Anne-Marie Rakhorst: Rijk, maar niet invloedrijk?

Boek Geld stuurt de wereld

‘Met 2300 miljard aan vermogen zijn we steenrijk in Nederland. Dan zijn we ongetwijfeld ook heel invloedrijk. Het eerste klopt, het tweede niet.’ Anne-Marie Rakhorst, ondernemer en vriend van het Earth Charter, dook in de wereld van het geld. Om uit te zoeken hoe we geld kunnen inzetten om duurzame doelen te realiseren. Ze schreef er een boek over Geld stuurt de wereld. ‘Omarm je geld en zet het in voor een betere toekomst.’

Lees het interview van Alide met Anne-Marie.

Wat was je motivatie om je nieuwste boek Geld stuurt de wereld te schrijven?
“Eind 2014 vloog ik naar Shanghai voor een bijzondere bijeenkomst. Voor een zaal met beursanalisten en assetmanagers mocht ik uitleggen wat ik versta onder duurzaam ondernemerschap en hoe de Cradle-to-Cradle-filosofie daarin past. Tijdens de voorbereiding en door de gesprekken achteraf, merkte ik dat de financiële kant van duurzaamheid wel heel weinig aandacht kreeg. Ook in Nederland. En dat terwijl we hartstikke rijk zijn én graag die circulaire toekomst willen. Wat is je pensioengeld tenslotte waard als de aarde straks onleefbaar is? De verkenning van die wereld, is Geld stuurt de wereld geworden. Ik hoop dat het boek de afstand tussen mens en geld verkleint. Je kunt geld inzetten om de toekomst beter te maken; en we hebben veel meer macht dan we zelf denken!”

Hoe sluit dit aan bij de waarden en doelen van het Earth Charter?
“In het boek ga ik op zoek naar hoe we ons geld voor onze duurzame doelen kunnen laten werken.
We zitten in het hart van een transitie. Van een lineaire economie gaan we over in een circulair model. Daarbij horen andere wetten en moeten we andere organisatievormen en verdienmodellen maken. Om te bepalen of je inderdaad te maken hebt met een duurzame belegging of beter: een belegging met impact, helpen de principes als die van het Earth Charter. Ze geven richting bij het bepalen of je met een duurzame onderneming te maken hebt. ‘Als ik hierin beleg, zet ik mijn geld in voor veiligheid, een gezonde leefomgeving, respect voor mensen of voor oprakende grondstoffen die ons leefgebied vervuilen?’ Je kunt met 3D-printen een wapen printen of een kunstnier. Waar investeer jij in?”

Tot welke belangrijkste inzichten ben je gekomen in jouw ontdekkingstocht in de wereld van beleggen en bankieren?
“Voor het boek sprak ik met financieel experts, pensioendeskundigen, toezichthouders, beleggers en bankiers. Ontzettend leuk en leerzaam! Een van mijn conclusies is dat we in Nederland eigenlijk alles in huis hebben om het centrum van Sustainable Finance in de wereld te worden. We hebben rijke pensioenfondsen, die nu al wereldwijd voorop lopen in duurzame beleggingen. We zijn sterk in duurzame research en analyse. En we hebben de opleidingen om veel jong talent te kunnen laten uitblinken. Zoveel kennis en geld trekt weer meer internationale vermogensbeheerders naar Nederland en kan een impuls geven aan banken om zich verder te specialiseren in duurzaamheid. Als we daarnaast nou ook wat meer van ons kapitaal in Nederland besteden aan ondernemers met innovatieve en duurzame ideeën, dan geeft dat onze circulaire economie een enorme boost!”

Jouw boek draagt bij aan het vergroten van de kennis en bewustzijn over de mogelijkheden waarop we ons geld voor de circulaire economie inzetten. Wat kunnen mensen concreet doen, naast het lezen van het boek, om de circulaire economie met hun geld te stimuleren?
“In Nederland hebben we samen een aantal zaken te regelen zodat meer geld naar duurzame ondernemingen en initiatieven gaat. Denk aan een Code voor Duurzaam Ondernemerschap, naar het voorbeeld van de Code Tabaksblat. Waar in de Code Tabaksblat is vastgelegd, aan welke basisvoorwaarden goed ondernemingsbestuur moet voldoen, spreken we in deze code af wat we onder duurzaam ondernemerschap verstaan. Ook als particulier kun je veel doen. We realiseren ons te weinig dat we heel invloedrijk kunnen zijn! Elke Nederlander die werkt is aangesloten bij een pensioenfonds en belegt. Misschien spaar je daarnaast of beleg je. Of je dat nu actief of passief doet: je hebt een stem. Stel vragen over het beleid van het bedrijf waar je in belegt of stel ze aan je adviseur. Net zo lang tot duidelijk is of je investering er één is voor een duurzame toekomst. Het is niet alleen hard nodig, maar ook erg leuk!”

Eind november 2015 verscheen Geld stuurt de wereld – Jij bepaalt de koers, het nieuwste boek van ondernemer, investeerder en publicist Anne-Marie Rakhorst. Meer informatie over het boek? Kijk op www.duurzaamheid.nl.

Ruud Lubbers: Terugblik op Klimaattop COP21

Ruud Lubbers

 

De historische doorbraak van het Klimaatakkoord van Parijs van 12 december jl. begon najaar 2014, toen de leiders van de G2 verklaarden “Parijs” tot een succes te willen maken. VN-secretaris-generaal Ban Ki-Moon was op dat monent al stevig op weg met zijn Post 2015 UN Sustainable Development Goals. Echter, steeds meer begon hij te benadrukken dat klimaatbeheersing daarbij de eerste prioriteit was.

Vervolgens verraste voorjaar 2015 Paus Franciscus de wereld met zijn Encycliek Laudato Si’. In dat document verklaarde hij het Handvest van de Aarde te beschouwen als de grondslag voor “Our Common Home”. Zelf ervoer ik dat als een toegespitst vervolg op “Our Common Future”. Zo gingen Ban Ki-Moon en de Paus als het ware hand in hand.

Dat werd in september bij de Algemene Vergadering van de VN, waarin het daadwerkelijk kwam tot de Post 2015 UN SDG’s, op een heel bijzondere wijze zichtbaar. Ban Ki-Moon nodigde daar Paus Franciscus uit als bijzondere gast en eerste spreker tussen al die regeringsleiders.

En parallel aan die alliantie tussen de VN en Paus Franciscus, als icoon van een toekomstgerichte spirituele beweging en daarmee hoop en inspiratie gevend aan wat men de civil society pleegt te noemen, werd in Parijs ook zichtbaar hoe de alliantie met het bedrijfsleven om daadwerkelijk tot klimaatbeheersing te komen gestalte had gekregen. Zeker, in Parijs waren het landen die tot een klimaatakkoord kwamen, maar parallel daaraan maakte de World Business Council for Sustainable Development zich zeer zichtbaar. Zo committeerde het internationale bedrijfsleven zich geloofwaardig aan klimaatbeheersing als de urgente uitdaging om met concrete mogelijkheden wereldwijd tot CO2-arme economieën te komen.

Dit is allemaal goed nieuws.

En eigenlijk bevat het COP21 Klimaatakkoord geen slecht nieuws. Voor nu was het het best mogelijke akkoord tussen al die landen, maar ik wil erop wijzen dat het slechts de eerste stap is.

Het is bijvoorbeeld veelbetekenend dat uit het concept de tekst betreffende scheep- en luchtvaart verdween. Daar was de wereld nog niet aan toe. Deze sectoren kennen krachtige branche-organisaties en lobbygroepen. Het is inderdaad dringend nodig tot intergouvernementele afspraken respectievelijk een klimaatakkoord in vervolg op Parijs te komen, maar dat al in Parijs te proberen zou alleen tot tandeloze tekst geleid hebben. Wel is Post 2015 nu dringend een actieplan geboden met periodieke concrete stappen om uiterlijk in 2030 het doel te bereiken.

Zo valt er in het akkoord ook niets te lezen over hoe bestuurlijk die CO2-arme economieën te realiseren. Ruw gesproken zijn er drie instrumenten: voorschriften (regelgeving), belastingen op fossiel en trading systems à la het Europese ETS. In de systematiek van het akkoord van Parijs worden de te maken keuzes aan de afzonderlijke landen overgelaten. Voor dit moment terecht! Eerst moest het tot dit algemene klimaatakkoord komen.

Maar intussen weten wij dat het bedrijfsleven en meer in het bijzonder de World Business Council for Sustainable Development, gezien de verreikende gevolgen voor handelspolitiek en werkgelegenheidsbeleid, een krachtig beroep op de regeringen doet; ieder van hen afzonderlijk en alle gezamenlijk worden opgeroepen om keuzes te maken. Ook op dat punt is Post Parijs nu dringend een actieplan nodig dat voortbouwt op het recente Klimaatakkoord.

Zulk een veeljarig actieplan vergt periodieke evaluaties en nieuwe commitments om stap-voor-stap de doelstellingen voor 2030 te halen. Een inspirerend voorbeeld daarvan werd al gegeven door Paul Polman, CEO van Unilever en lid van de SDG-commissie van Ban Ki-Moon. Polman verklaarde in Parijs dat Unilever alle energie die het gebruikt vanaf 2030 wil betrekken uit hernieuwbare bronnen (klimaatneutraal dus), en dat deze nieuwe doelstelling voor elektriciteit al geldt vanaf 2020.

Ten slotte wil ik in deze terugblik op Parijs, de geslaagde COP21, melden dat sinds het begin van deze eeuw het goedkoper worden van zonne-energie jaar in jaar uit zo indrukwekkend is gebleken – en het gaat maar steeds door – dat het uitfaseren van fossiel niet alleen vanwege het klimaat maar ook economisch geboden is. Het gaat dan inderdaad alleen nog om het tempo van de transitie en hoe financieel om te gaan met de “stranded fossil energy assets”. Intussen is de prijs van zonne-energie zo gedaald, dat opslaan t.b.v. optimaal gebruik (op het goede moment dus) en grensoverschrijdende netwerken (grids) meer en meer loont.

Ruud Lubbers, 16 december 2015