Duurzaam Landgebruik en Biodiversiteit
Dialogen ‘Duurzaam Doorpakken’- 23 februari 2021
In aanloop naar de Tweede Kamer Verkiezingen van 17 maart 2021, houden Worldconnectors en Earth Charter Nederland drie on line dialogen met als motto ‘Duurzaam Doorpakken’. Doel is de SDGs te concretiseren gericht op thema’s die in de verkiezingscampagne actueel zijn: ‘Klimaatrechtvaardigheid – Betaalbare Energietransitie’, ‘Duurzaam Landgebruik en Biodiversiteit’ en ‘Migratie en Vluchtelingen’. In een vierde bijeenkomst – een Roundtable – die ná de verkiezingen plaatsvindt, zullen we terugkijken en een gezamenlijke (re)actie bepalen richting kabinetsformatie en samenleving.
In de opzet van de dialogen, heeft een externe ‘aanklager’ het openingswoord, gevolgd door twee interne ‘verkenners’. Er volgen discussies in subgroepen waarna we plenair verslag doen en een interne ‘verbinder’ een oplossingsrichting presenteert.
‘We willen teveel in Nederland’
Als aanklager fungeerde Harold Overmars van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) portefeuillehouder leefomgeving maar vooral een gepassioneerde jonge melkveeboer uit Broekland. Het boerenleven is heel divers en aantrekkelijk maar er is toekomst perspectief nodig, zei Overmars. Jonge boeren zijn jonge ondernemers die een avontuur aangaan voor de lange termijn, je kan niet zomaar stoppen We staan voor vier grote maatschappelijke opgaven: klimaat, natuur, woningbouw en landbouw. ‘We willen te veel in Nederland, maar het past niet’. De ruimte is het allergrootste probleem. Het is een gevecht om grond. En: we missen een verdienmodel in de landbouw. Een deel van de oplossing is het inpolderen van land. In de beleidsdomeinen biodiversiteit en landbouw moet meer oog zijn voor elkaars verhaal. ‘Uiteindelijk doe je het voor de volgende generatie.’
Bodemkwaliteit
Verkenner Ellen van Reesch, onafhankelijk consulent op het gebied van de SDGs, en mede-auteur van het eerste Nederlandse SDG Spotlight Report, benadrukte vervolgens het belang van bodemkwaliteit maar kwam eerst met enkele observaties. Nederland heeft de minste landnatuur van de hele EU. Met de biodiversiteit gaat het slecht, de bestaande ambities zijn de afgelopen tijd alleen maar naar beneden bijgesteld. Nederland wordt nog steeds gezien als een productie land waar 60% van het land oppervlak is ingeruimd voor landbouw, en er moet steeds meer bij voor export en om politieke redenen. De landbouw is in Nederland een belangrijke internationale trots en het milieubeleid is vrijblijvend.
Dit schuurt, want naast het gevecht om de grond is er ook nog de druk op de bodem kwaliteit. De landbouw moet wereldwijd anders. Er moeten kansen komen voor alternatieven voor de boeren, wellicht dat het gezamenlijke doel van bodem kwaliteit kan verbinden.
’Stop internationale vrijhandel’
Eva Koffeman pleitte evenzo voor een totale systeemverandering. Als VN Jongeren Vertegenwoordiger op het gebied van biodiversiteit en voedsel is het haar taak om de input van jongeren te vertalen naar beleid en zo druk uit te oefenen op het internationale speelveld. Koffeman erkende de positie van Overmars, het gaat niet goed met de boeren, ze werken zich steeds meer in de schulden. Een mooie quote vatte dit helemaal samen: ‘Boeren hebben geen verdienmodel, zij zijn het verdienmodel’ (Jan-Willem Erisman, Hoogleraar milieu en duurzaamheid, Universiteit Leiden).
De vaak aangehaalde oplossing van kringloop landbouw brengt nog veel vragen naar boven bij Koffeman, want hoe groot moet die kring dan zijn? De radicale oplossing: doorbreek de cirkel en stop met de internationale vrijhandel. Dan komt er veel landbouwgrond vrij. De overheid zou goedkopere agrarisch grond kunnen opkopen en voor meer kunnen verkopen aan de bouwsector. Met de winst kan de overheid de boeren compenseren. ‘We kunnen niet een grote internationale landbouwspeler blijven als we de natuur willen behouden.’
Subgroepen
Na deze duidelijke boodschappen gingen de deelnemers met elkaar in gesprek in kleine groepen, elk met een eigen opdracht.
- Welke moedige gesprekken – van wie met wie – moeten worden gevoerd om op het thema door te pakken?
We moeten de politiek in Nederland bevragen, die de nationale landbouwtrots wil blijven uitdragen. Er moeten keuzes gemaakt worden ten aanzien van de ruimtelijke ordening, wat delen we hoe in? We moeten met de EU in gesprek, ook al zijn er groepen die niet positief tegenover de EU staan. We moeten met consumenten en partijen in de markt praten, het is duidelijk dat de boer daar klem zit. De banken en supermarkten dragen hier groot aan bij. Banken staan centraal bij de vraag of de groei van de boeren wel noodzakelijk is.
- Welke dilemma’s en tegenstrijdige belangen zien we?
Kiezen we voor de planeet of voor de economie? De strijd om de grond staat centraal bij de tegenstrijdige belangen. De financieringen die de intensiveringen van de landbouw hebben afgedwongen, spelen een grote rol. Die tegenstrijdigheid van belangen en ook beeldvorming bemoeilijken dialoog. Percepties van de werkelijkheid en ideeën liggen heel ver uit elkaar wat het lastig maakt om in elkaars schoenen te gaan staan. Op beleidsniveau ontbreekt samenhang tussen landbouw en biodiversiteit De overheid zou meer op waarden en minder op middelen moeten sturen.
- Wat zijn de kansen en vergezichten die als gezamenlijke doelen kunnen dienen en die de verschillen kunnen helpen overbruggen?
Hoe moet het Nederlandse landschap eruit zien? De lange termijn moet duidelijk worden. De boer moet niet meer een bedreiging van de biodiversiteit zijn, maar juist de bron worden. Wellicht is een nieuw sociaal contract met de boeren nodig. We moeten het hebben over de true cost en true price van landbouwproducten. Good governance moet bij de regering en alle partijen op het hoogste niveau worden geëntameerd. Deze toekomst gaat over komende kabinetten heen, met de ecologische realiteit als uitgangspunt.
Alle SDG’s simultaan vooruit
Als laatste sprak de verbinder, Coenraad Krijger, directeur van IUCN Nederland (International Union of Conservation of Nature), een internationale natuurbeschermingsorganisatie. Als oplossingsrichting ziet hij de SDG-aanpak. Alle doelen moeten simultaan vooruit. Het oplossen van het ene moet niet te kosten gaan van het andere. Zowel de landbouw als de biodiversiteit hebben een grote behoefte aan een lange termijn visie, hetgeen verbindend kan werken. Inclusie is hierbij belangrijk, er moet duidelijkheid komen over welke dingen wel en welke niet kunnen.
‘Het samen gaan naar een toekomst zou belangrijker moeten zijn dan alléén het weg bewegen van het nu.’