[NL] Twee maanden na de lancering: Worldconnectors Mark Schneiders en Floor van Uhm over het SDG House

Het is nu iets meer dan twee maanden geleden dat het SDG House gelanceerd is tijdens de SDG Impact Summit op 25 september bij het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT). Hoe wordt teruggekeken op de lancering? Wat is er in de afgelopen maanden gebeurd binnen het SDG House? En wat staat er op de planning voor 2018? Stagiair Eveline Winkel sprak hierover met Worldconnectors Mark Schneiders en Floor van Uhm.

 

 

Succesvolle opening

Op 25 september 2017 is het SDG House officieel geopend in het KIT in Amsterdam. Mark Schneiders en Floor van Uhm zijn tevreden over de lancering. Tijdens de lancering heeft het SDG House veel media aandacht ontvangen. Ook de adoptie van de Sustainable Development Goals (SDGs) door Kamerleden is niet onopgemerkt gebleven en recent benoemd door de nieuwe Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Sigrid Kaag. Mark: “Het SDG House speelt dus ook in op de behoefte om op politiek niveau aan de slag te gaan met de duurzame ontwikkelingsdoelen.” Floor: “Ook Mark Rutte heeft de SDGs genoemd als één van de drie topprioriteiten waar Nederland zich in 2018 als tijdelijk lid van de Veiligheidsraad op gaat richten.”

Opening SDG House. Foto: Branko de Lang

Positieve ontwikkelingen

De afgelopen twee maanden is er binnen het SDG House veel gebeurd.  Mark en Floor laten weten dat ze door verschillende organisaties zijn benaderd om samen te werken aan de doelen. Mark: “We merken dat er veel vraag is naar een fysieke ruimte om samen aan de SDGs te werken.” Ook binnen het SDG House wordt sinds de lancering in toenemende mate samengewerkt door de bewoners. In het gebouw huist de organisatie KIT Royal Tropical Institute, een onafhankelijk kennisinstituut dat haar kennisactiviteiten focust op gezondheidszorg en duurzame economische ontwikkeling, met gender als doorsnijdend thema. Daarnaast huisvest het KIT-gebouw ook 50 organisaties die allemaal bijdragen aan een duurzame wereld. Er zijn de afgelopen maanden verschillende community meetings georganiseerd waarbij de SDG House inwoners elkaar beter hebben leren kennen, in kaart is gebracht op welke SDGs de organisaties werken en hoe samen kan worden opgetrokken in het realiseren van de doelen. Floor: “De afgelopen twee maanden hebben we dus vooral aan ‘SDG 17: Partnerschappen voor de doelen’ gewerkt. Dit is heel belangrijk, want samenwerking is cruciaal om alle doelen te behalen in 2030.”

Volgend jaar

Mark en Floor hopen dat er volgend jaar een aantal concrete projecten worden uitgevoerd door de SDG House community. Floor: “De community wordt nu opgebouwd, mensen leren elkaar kennen en zijn samenwerking op de verschillende doelen aan het verkennen.”  Verder is het de bedoeling dat het SDG House komend jaar naast een fysieke ontmoetingsplaats ook een online community wordt, met een internationale focus.  Mark: “Er bestaat nu een SDG House community software, maar deze is op dit moment alleen intern beschikbaar en wordt komend jaar uitgebreid naar mensen en organisaties van buiten het KIT. Op deze manier wordt het makkelijker om externe samenwerking voor projecten te organiseren, oproepen te plaatsen en bijeenkomsten te organiseren”. Ook Café de Tropen en Amsterdam Tropen Hotel doen mee met het SDG House. Mark: “In 2018 zullen zij een nog duurzamer assortiment aanbieden en de mogelijkheid aan partijen bieden om specifieke SDG borrels te organiseren”.

Over samenwerking met Worldconnectors zijn Mark en Floor enthousiast. Floor: “Het SDG House functioneert een beetje zoals Worldconnectors. Er vindt veel samenwerking plaats tussen organisaties uit verschillende sectoren”. Mark: “Er zijn ook verschillende Worldconnectors direct betrokken bij het SDG House. Voor wie interesse heeft: alle Worldconnectors zijn welkom om mee te denken en aan te sluiten bij onze groeiende SDG House community.”

Klik hier voor een video over het SDG House.

 

Circles of 17: An inspiring new SDG project

Wednesday the 8th of November the first version of Circles of 17 took place. This is an initiative by Worldconnector Alide Roerink and Veronique Swinkels. Worldconnectors intern Eveline Winkel attended the meeting and wrote a report on it. 

On the 8th of November 2017 a group of 14 people met at Iona in Amsterdam for the pilot version of Circles of 17. This is a project initiated by Global Goals Accelerator. The goal of these Circles of 17 is to bring the 2030 agenda to all layers of society.  In these circles, a group of people will come together, in which every person is goalkeeper of one or two SDGs.  During these sessions the participants will discuss their SDGs and think about the challenges and solutions. Through these Circles of 17, more knowledge should be raised about the SDGs. The circles should clarify these goals for the participants, and encourage them to take further action on their goals when the circle is over. There should be 1000 of these Circles of 17 in 2020.

Wednesday the 8th of November was the first time this idea was put in practice. The participants where invited by those who started the initiative. They are all people who could contribute to the development of the project. The goal of this first circle was to test and discuss the concept. Every participant chose one or two SDGs of which they wanted to be goalkeeper for the day. Everyone introduced themselves and explained why they chose this goal. All participants already knew a lot about the SDGs, and most of them were already working on the SDG they chose.

Next, the SDGs were discussed in pairs. The goal of this brainstorm was to come up with a persona that would benefit from the realization of your SDG. Every participant was given a paper on which they could write down their thoughts on their SDG, for instance the reason you chose your SDG, projects you knew that are working on this SDG and what you could think, feel, say or do about your SDG. People came up with creative answers and the persona they thought of were mostly very original. The future generations were mentioned as a persona a few times. Moreover, during this conversation the connections between the 17 SDGs were emphasized. This was an interesting way of thinking about the SDGs and effective in letting you think about the meaning of the SDG you chose, what could be done about it and who would benefit from its realization. Next to that, it was interesting to hear the perspectives of the other participants and get inspired by this. According to one of the participants this was a good exercise to write down pop-up thoughts in a more inspiring way. Those written pop-up thoughts helped to connect the dots, narrow down essential points.

Next, this first circle of 17 was organized in order to discuss the future of the project. A day before the meeting, the participants were asked to think about the following three questions:

  1. What do you think could be the added value of a Circle of 17?
  2. What do you think is needed to have a Circle of 17 functioning well?
  3. Do you know of relevant projects, initiatives or structures in place which are directly related to the SDGs?

Those present were positive about the idea, but also had a few critical notes. What should be avoided is too much similarity to existing initiatives projects, even if those do not specifically focus on the SDGs. The added value of the Circles of 17 would be to bring people together to work on SDGs that they feel connected with. This way they can actively work on this and be inspired by the other participants. Eventually they will be able to reach more people and motivate them to also work on SDGs.

To make a Circle of 17 function well, varying strategies might be needed in order to reach different target groups, let them contribute to a circle, and motivate them to do more with the SDGs afterwards. Furthermore it was mentioned that it would be a good thing to put people with different, varying perspectives in one circle to bring them together and make them work together. This way, they can learn from each other, get to know other ideas and inspire each other. One of the participants voiced the opinion that a discussion to continue is how to frame a work program. Should it be framed around individual goals (or groups of goals) or should it be framed around burning questions?

Finally, at the end of the meeting, an assessment was started in order to make an overview of relevant projects and initiatives that already exist, that the participants knew of. In this manner a clear overview can be made with local, national, European and global initiatives. This first circle, which is called Circle of 17: Originator, will function as an advisory board for this project.

To conclude, it was an interesting meeting where thoughts were exchanged on the SDGs and the project itself in a creative way. It is definitely a promising project, with which much can be accomplished when it is further developed. One of the participants stated that there is a lot of potential to accelerate progress towards the global goals, using the very broad range of contacts, skills and knowledge within the wider group. It is a positive sign that this group has decided to continue their meetings in 2018 to work on this!

For more information about this project please contact Alide Roerink ([email protected]) or Veronique Swinkels ([email protected]).

[NL] Blog Hugo von Meijenfeldt: Waarom u Fikkie niet uw portie moet geven

Deze blog is eerder geplaatst op de SDG Nederland website en een verkorte versie van deze blog voor ondernemers is gepubliceerd op www.degroenepluim.nl. 

Wordt het u ook allemaal wat veel? Terwijl u als ondernemer heel druk bent de bedrijfsvoering elke maand en elk jaar gezond af te sluiten, krijgt u golven boodschappen over u heen hoe het beter moet. Als u al tijd heeft ze te lezen zal het u opvallen dat de samenhang ver te zoeken is. Om maar eens een rijtje te noemen: transparantie, afval, veiligheid, energie, mensenrechten, belastingontwijking. Kan er niet eens een verhaal komen waarin alles in samenhang is opgenomen?

Wat kunt u doen?

Dat verhaal bestaat: Agenda 2030. Bedrijven, het maatschappelijk middenveld, kennisinstellingen en de overheden moeten samen tegen die tijd 17 doelen hebben behaald, hier en in het buitenland. De lijst is niet alleen volledig, maar ook ondeelbaar, alles hangt met alles samen om succes te hebben.

Na een korte blik op die 17 doelen zult u concluderen dat u daar al veel aan doet. Maar het is goed eens te kijken of er nog onderdelen missen en of uw koers wel de juiste is. Daarbij hoeft u niet te kijken of u de wereld kunt redden, maar liever of uw verdienmodel, uw risico’s en uw maatschappelijke zorgvuldigheid wel op deze manier beoordeeld zijn. Ook kunt u uw inkoop en verkoop hierop nalopen. Wist u dat bedrijven die dit huiswerk goed doen gemiddeld 30% beter renderen?

Simpel is dit huiswerk eerlijk gezegd niet. Daarom is het handig het met grotere en deskundiger partijen op touw te zetten, zoals met uw branchevereniging, uw leveranciers/afnemers, uw huisbankier of uw accountant. Zij kunnen u adviseren over uw strategie, over uw doelen op middellange termijn en over uw rapportage. Al deze partijen met wie u dagelijks te maken heeft vergroten kun kennis over de SDGs regelmatig. Ik kom ze vaak tegen op conferenties, workshops en masterclasses.

Duurzaamheid is de toekomst

Denkt u toch nog ‘geef mijn portie maar aan Fikkie’? In dat geval moet u er op voorbereid zijn dat uw leverancier opeens weigert om bepaalde onduurzame producten of diensten nog langer aan u te leveren en de afnemer weigert deze nog langer van u af te nemen. Het duurzaam inkopen bij bedrijven en overheden neemt met horten en stoten toe. Nog zoiets: uw huisbankier kan zeggen niet langer krediet te verstrekken voor bepaalde onduurzame activiteiten. En uw accountant kan weigeren nog langer een goedkeurende verklaring te geven vanwege het ontbreken van niet-financiële informatie. Tenslotte is het niet uitgesloten dat de overheid over enkele jaren met strengere regels komt.

Nu weet u dus dat het beter voor uw bedrijf is om duurzaam te zijn, dat u assistentie bij dit moeilijke werk kunt krijgen en dat meedoen in feite uw enige overlevingsstrategie is. Agenda 2030 is geen portie voor Fikkie, maar het goede verhaal voor uw gezonde bedrijf.

 

[NL] Worldconnectors op UvA Career Event

Afgelopen donderdag 9 november waren coördinator Sander van ’t Foort en stagiair Eveline Winkel aanwezig bij het career event van de Universiteit van Amsterdam om een stage bij Worldconnectors te promoten onder de studenten.

We zijn nog steeds op zoek naar een stagiair Communicatie en Evenement vanaf eind januari/begin februari en deze uitnodiging van de UvA was een mooie kans om deze stage nog meer onder de aandacht te brengen van Amsterdamse studenten. Worldconnectors had een stand op de informatiemarkt, die als thema duurzaam ondernemen had. Er stonden verder nog ongeveer 15 andere bedrijven en organisaties, die ook stages en banen aan te bieden hadden rond dit thema. 14.000 studenten hadden zich aangemeld voor de dag, dus het was gezellig druk. De hele middag, die van 12.00 tot 17.00 duurde, waren er veel studenten op de markt aanwezig.  Er was dan ook veel interesse van de studenten voor Worldconnectors. Wij hebben veel studenten van verschillende studies gesproken, waarvan een aantal erg geïnteresseerd leek te zijn. We hopen dat we hierdoor veel reacties zullen krijgen van deze studenten op de vacature van stagiair, in januari of in de toekomst. Voor ons was het een geslaagde dag!

Er kan nog steeds gereageerd worden op de stagevacature. Wij hopen ook dat jullie deze vacature kunnen delen in jullie netwerk.

[NL] Boek Sandra Rottenberg: De sigarenfabriek van Isay Rottenberg

Worldconnector Sandra Rottenberg heeft samen met haar nicht Hella Rottenberg een boek geschreven dat op 1 november 2017 is uitgekomen. Hieronder vind u meer informatie over dit boek en de presentaties:

De sigarenfabriek van Isay Rottenberg

De verborgen geschiedenis van een joodse Amsterdammer in nazi-Duitsland

Niemand, noch onze grootvader, noch onze vaders, had ons er ooit iets over verteld. Tot een oproep over geroofd joods bezit ons op het spoor brengt van de sigarenfabriek die onze grootvader in 1932 overnam in het stadje Döbeln bij Dresden. Niet zomaar een fabriek, maar de modernste van Duitsland, waartegen de concurrenten fel campagne voeren. In Duitse archieven vinden we een schat aan documenten, waarin op de voet te volgen is hoe de Nederlands-joodse ondernemer Isay Rottenberg onverschrokken strijd levert om zijn bedrijf in nazi-Duitsland te behouden.

Waarom stapte hij in dit avontuur? En waarom bleef hij toen Hitler een half jaar later aan de macht kwam? Het boek is de weerslag van onze speurtocht: geschiedenis en familieverhaal in één.

 

De komende tijd houden we verschillende presentaties rond het boek, bijvoorbeeld op:

19 november om 14.00 uur in het Nationaal Holocaust Museum in Amsterdam (aanmelden via [email protected])

‘Wat een man … wat een verhaal …wat een tijd … verleden tijd? Of valt daar ook nu iets van te leren? Ademloos leesvoer.’ – Job Cohen

‘Een meeslepend verhaal, vol inkijkjes in de vooroorlogse machtsuitoefening door de nazi’s’ – Jolande Withuis

Hella Rottenberg (1955) is journaliste en schrijfster. Ze is medeoprichtster van het digitale kennisplatform RaamopRusland.nl.

Sandra Rottenberg (1960) werkt als zelfstandig programmamaker voor culturele, politieke en wetenschappelijke organisaties, voor radio en televisie.

Over het verhaal van hun grootvader maakten ze eerder voor VPRO de radiodocumentaire Niet bang te krijgen.

Paperback | 288 blz. | isbn 978 90 450 3102 6 | €21,99 | verschijnt ook als e-book

 

[NL] Louise Vet en Tjeerd Jongsma: Geen voorstander van CO₂-opslag

Een aantal weken terug werd het nieuwe regeerakkoord gepresenteerd. Hierin stond een aantal punten over CO₂-gebruik en -opslag. Stagiair Eveline Winkel sprak met Worldconnector Louise Vet, tevens de directeur van het NIOO, en ISPT directeur Tjeerd Jongsma over de plannen van de nieuwe regering met CO₂-opslag en alternatieve mogelijkheden.

Ambitieuze plannen voor CO₂-reductie

Louise: “Er is veel discussie over de 49 procent CO₂-reductie. Ik denk dat het een goed idee is dat Nederland hier erg ambitieus in is. Het zal inderdaad heel veel geld gaan kosten, maar het wordt enorm ondergewaardeerd wat zo’n transitie aan economische mogelijkheden levert. Het biedt veel kansen om Nederland met onze kennis verder te brengen. Ambitie is nooit weg, dat leidt tot innovatie, en innovatie leidt weer tot de mogelijkheid om je te profileren met je kennis en kunde. Het lijkt dus onwijs duur, maar anders moet je deze kennis en kunde ergens anders vandaan halen en dat kost ook veel.”

“Ik denk dat de CO₂-prijzen omhoog gebracht moeten worden. Dan zal het in de huidige economie al echt omgaan. Als je als overheid CO₂ gaat beprijzen en reduceren, dan moeten er andere dingen mee gedaan worden. Er bestaan technologieën waarvan al bewezen is dat ze werken. We stimuleren deze niet genoeg, waardoor ze niet genoeg op het netvlies staan. Er moet samen met de grootgebruikers aan tafel worden gezeten om met hen te bespreken wat we hier aan kunnen doen.”

CO₂-opslag

Zowel Louise als Tjeerd zijn geen voorstander van CO₂-opslag. Tjeerd: “Het kost veel geld en uiteindelijk wordt het probleem er niet mee opgelost, want we blijven nog steeds fossiele brandstoffen gebruiken. We stoppen CO₂ onder de grond en dan doen we net alsof we duurzaam zijn, maar dat is natuurlijk niet zo. Het is een eindige oplossing, en daarnaast blijf je met dit systeem wel in fossiel investeren.”

Louise: “Ik denk dat het wetenschappelijk veel interessanter zou zijn om  CO₂  te hergebruiken. Dan kom je op Carbon Capture Utilization (CCU) in plaats van Carbon Capture Storage (CCS). CCU wordt op dit moment gezien als de toekomst. We zullen in de toekomst ook steeds meer  CO₂ uit de lucht kunnen halen. Er staat bijvoorbeeld al een fabriek in Zwitserland die dit doet. Die CO₂ kan onder andere worden gebruikt voor planten in kassen, hoewel dit nog wel een heel kostbaar proces is. Ook de grote producenten van CO₂ zien het als de toekomst om CO₂ te gebruiken in plaats van in de grond te stoppen, en deze zijn dus ook erg verbaasd over het regeerakkoord.”

Voorbeelden van CO₂-hergebruik

Tjeerd: “Ik denk dat we moeten investeren in de zon en de wind. In Nederland, maar ook in landen zoals Australië of Dubai, zouden we nog goedkoper zonne- en windenergie kunnen genereren. In deze landen is zonne-energie ook veel goedkoper dan fossiele energie. Wat dan interessant is om naar te kijken is wat er met de koolstof gaat gebeuren. We zijn nu aan het kijken of het mogelijk is om een symbiose te kunnen maken tussen de staalindustrie en de chemische industrie. De staalindustrie gebruikt koolstof om ijzer te maken van ijzeroxide. Daar gebruiken ze veel kolen voor. Uiteindelijk houden ze dan ijzer over, en koolstofoxide, dus CO2. Maar het wordt niet allemaal CO2, het wordt ook koolstofmonoxide. En die koolmonoxide is de basis voor de chemie. Met waterstof en koolmonoxide kan je alles wat ook gemaakt is van fossiele oliën produceren. Waterstof kun je heel goed maken met duurzame energie. Met koolmonoxide en waterstof kunnen dan alle olieproducten, zoals plastics, gemaakt worden. Als we vervolgens die plastics gebruiken en daarna weer terugbrengen naar de staalindustrie, kan de staalindustrie weer met die plastics nieuwe ijzeroxides reduceren. Zo kan het plastic weer worden teruggebracht naar ijzer. Op die manier hebben we een interessante cyclus gemaakt.”

 

 

 

 

 

 

Louise: “Een mooi voorbeeld van wat je met CO₂  en zonne-energie kan doen is een pilot in Finland, de Soletair-installatie. Dit is een proefaccommodatie die laat zien dat je wat voor producten, bijvoorbeeld plastics, allemaal van CO₂ gemaakt kunnen worden.”

Samenwerken met industrieën

Tjeerd: “Ik denk dat de regering samen met de industrieën moet gaan bouwen aan een duurzame energievoorziening. Er kan samen met bedrijven die hier ook aan willen werken, zoals Nuon en Alliander en daarnaast de staalindustrie en de chemie, bijvoorbeeld AkzoNobel, al heel gauw een treintje  worden gemaakt van industrieën om de CO₂  te hergebruiken. Dat is veel interessanter dan CO₂   onder de grond stoppen als cadeautje voor de volgende generatie, want dat vind ik vrij asociaal.”

“Een bedrijf zoals Nuon zou hier graag aan meewerken. De koolmonoxide die nu uit de staalindustrie komt wordt door Nuon gebruikt om energie op te wekken. Deze koolmonoxide wordt verbrand en  dat wordt dan CO₂ . Deze centrale stoot dus ongelooflijk veel CO₂ uit per kilowatt uur opgewekte stroom. Zij willen daar graag vanaf, en als we koolmonoxide kunnen hergebruiken in de chemische kringlopen zou dit een enorme besparing zijn. Ik denk dat het goed zou zijn als we dit in Nederland ook zouden doen. CO₂  onder de grond stoppen kost miljarden. Als we dit geld dan toch investeren dan kunnen we beter in hergebruik investeren, dan bouwen we tenminste ook aan de toekomst.”

Andere interessante duurzame innovaties

Louise: “Een voorbeeld van een interessante innovatie is dat we sinds 2011 bij het NIOO-KNAW alle opgewekte warmte uit thermische zonnepanelen en de warmte uit het gebouw (van de servers, vriezers etc.) en van de (gesloten) kassen, op 300 m diepte opslaan in de bodem. Om het weer te kunnen gebruiken in de winter. Dat levert, samen met een gewone WKO (warmte-koudeopslag),  een flinke energiebesparing op.  Het zelfde principe wordt nu gebruikt door Koppert Cress, een grote producent van unieke planten. Dit is ook echt een voorloper. Het zijn vaak initiatieven van bedrijven om het anders te gaan doen, en ze laten zien dat het ook kan!”

[NL] Veel steun voor Ombudspersoon Toekomstige Generaties tijdens deelsessie op 25 september

Aansluitend bij het basisprincipe van de SDGs; ‘for now and future generations’ hadden we een inspirerende sessie over hoe we in Nederland opkomen voor de belangen van toekomstige generaties.

Aan de ronde tafel in de directeurskamer van het kersverse SDG House in het KIT, kwamen 17 mensen samen vanuit diverse achtergronden. De lege stoel die de stem vertegenwoordigde van toekomstige generaties bleek al voelbaar, zo werd opgemerkt tijdens de geanimeerde uitwisseling van gedachten.  Jongeren actief binnen diverse netwerken en maatschappelijke organisaties, leidinggevenden uit gezaghebbende instituten als het Vredespaleis, een  vertegenwoordiger van de Gemeente Amsterdam, bankiers, fondsbeheerders en juristen. Zonder uitzondering stelden zij zich achter de plannen voor een Lab Toekomstige Generaties. Daarbij werd aanbevolen altijd ruimte te houden voor nieuwe inzichten in de opzet en werkwijze en deze zelfs te creëren. “De enige constante is de verandering”. We kunnen de toekomst niet kennen, maar het is urgent intergenerationeel te gaan leren denken en handelen.

Jannet Vaessen (directeur WomenInc) presenteerde het plan van de Worldconnectors Werkgroep Toekomstige Generaties voor een Lab voor Toekomstige Generaties. Dit deed zij samen met werkgroepleden Alide Roerink, Marga Boneschansker en Lynn Zebeda.

Het Lab zal de Ombudspersoon Toekomstige Generaties herbergen en daarnaast ook fundamenteel onderzoek tot stand brengen naar toekomstgericht denken en handelen. Op de lange termijn zal er ook een focus komen op onderwijs en bewustwording en op het agenderen van urgente kwesties.

Daarbij zal het Lab zich baseren op het Earth Charter en de SDGs, met een focus of SDG 16 over  rechtvaardigheid, mensenrechten, vrede en inclusieve instituties en SDG 17 over de samenhang en samenwerking tussen SDGs. Verankering in de samenleving zal tot stand komen door een in te richten, zeer divers samengestelde, Toekomstraad. Deze Raad voor de Toekomst zal vragen uit de samenleving wegen en uitspraken over urgente kwesties onder de aandacht brengen. Dit alles met het doel dat verantwoordelijk denken en handelen met het oog op toekomstige generaties gemeengoed wordt in de samenleving.

Op de vraag of dit initiatief een verschil kan maken en een meerwaarde kan bieden, waren de reacties unaniem positief. Tevens was men het eens dat, juist in een tijd dat er in de samenleving veel kortetermijndoelen worden nagestreefd en ook op basis daarvan besloten wordt, juist dit langetermijndoel gemeengoed zou moeten worden. Dat zou ook de overheid betrouwbaarder kunnen maken. De vraag naar verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties wordt nu nog niet opgepakt.

De aanwezige deelnemers brachten nieuwe ideeën en vragen op tafel. Zo werd benadrukt dat het Lab zich voortdurend zal moeten inzetten om alle diverse geluiden uit de samenleving op te vangen en in hun onderzoek dus oog te houden voor de verschillende perspectieven. De vraag ‘wie hoort de Ombudspersoon’ is van belang. Tevens werd aangegeven dat de vorm van de dialoog en belangenbehartiging niet in steen gegoten moet worden, maar regelmatig geëvalueerd dient te worden, of liefst voortdurend, door verandering in te bouwen in flexibele werkvormen.

Vanuit het meerdere perspectiefgedachte kunnen ook de kunsten een belangrijke rol spelen in het leren inclusief te denken en handelen.  Tevens werd aangegeven dat in het onderwijs ook al gekeken wordt naar het next generation perspectief, maar dat het ingewikkeld blijkt om hier inhoud en vervolgens een stem aan te geven. Hoe gaan we om met een onderwerp waar we de impact in de toekomst nog niet goed kunnen bedenken. Hoe gaan we om met het niet weten?

Jannet noemde de dilemma’s die als voorbeeld in het conceptplan staan beschreven. Alle 3 de voorbeelden werden gezien als onderwerpen die het Lab kan gaan oppakken. Het debat daarover vond men interessant. De diverse perspectieven die mogelijk zijn werkten als een eyeopener, waarbij een keuze voor een positieve benadering bij mogelijke programma’s werd benadrukt. Bijvoorbeeld: ga je op scholen een week aandacht geven aan het tegengaan van pesten, of een week ‘voor elkaar’?

Een suggestie is dat intergenerationeel denken en handelen al meer aanwezig is in familiebedrijven. Daarvan kunnen we leren. Historisch besef is er ook op landgoederen, waarvoor oude wetgeving geldt, daar liggen de lessen voor het oprapen.

Het idee voor een Lab/Atelier Toekomstige Generaties, inclusief een Ombudspersoon, werd breed gedeeld door de deelnemers. Er was veel animo om mee te denken en dragen. De Ombudspersoon is daarmee een bouwsteen in het lab. In de oprichtings- of verkenningsfase om tot dit initiatief te komen werd aanbevolen om sessies zoals op 25 september te blijven houden. Zo gaat het breder leven in de samenleving, en kunnen meerdere kringen inbreng leveren. Alle geluiden in de samenleving horen blijft de motor. Als advies werd nog meegegeven om te blijven richten op het positieve doel en niet te vechten tegen het momenteel bestaande onrecht.

Direct na de deelsessie, met 450 deelnemers aan de SDG Impact Summit bijeen in de grote zaal van het KIT, kwamen de politieke jongerenorganisaties (PJO’s) aan het woord. Zij stelden de Ombudspersoon Toekomstige Generaties voor aan de aanwezige Tweede Kamerleden. Zij motiveerden dit voorstel als implementatie  van punt 3 uit het Aarde Manifest, opgesteld en ondertekend in februari 2017 door alle PJO’s in samenspraak met Jan Terlouw. Hierop vroeg de moderator van de SDG Impact Summit aan alle aanwezigen: “Wie vindt de Ombudspersoon Toekomstige Generaties geen goed idee?” Een langere stilte in deze grote zaal hadden we nog niet meegemaakt. In de aandachtige stilte lag de brede steun besloten voor de functie van de Ombudspersoon Toekomstige Generaties.

 

[NL] Blog Naema Tahir: Rekening houden met migranten in de kleedruimte is verstandig

Deze blog is op 12 oktober 2017 geplaatst op Trouw. 

Tijdens mijn basisschooltijd had je in het zwembad, behalve de individuele hokjes die we als kinderen niet mochten gebruiken, twee soorten collectieve kleedhokken. Een voor de meisjes en een voor de jongens.

Op dit moment, drie decennia later, kom ik weer veel in het zwembad, omdat mijn dochter zwemles heeft. Tot mijn verbazing blijken er nu meer collectieve kleedhokken te zijn. In het zwembad van mijn dochter telde ik er maar liefst vier: een kleedhok voor meisjes met moeders, een voor meisjes met moeders of vaders, een voor jongens met moeders en ten slotte een voor jongens met moeders of vaders.

In deze indeling zie ik een constante: de traditionele scheiding tussen meisjes en jongens, die vroeger bestond en nu dus nog steeds in ere wordt gehouden.

Er is echter ook iets toegevoegd aan wat ik vroeger kende, namelijk separate kleedhokken voor begeleidende moeders. Waarom is dat het geval? De reden is helder: er zijn veel moeders, doorgaans gelovige immigrantenvrouwen, die geen kleedhok willen of mogen delen met vaders. Zelfs al gaan niet zij, maar hun kinderen uit de kleren.

Ik kan me best voorstellen waarom het zwembad dit systeem heeft ingevoerd. Voor mensen die uit een cultuur komen die veel meer dan in Nederland een scheiding kent tussen mannen en vrouwen en reserve en afstand tussen de geslachten, zijn zulke gescheiden ruimtes prettig, en meer fundamenteel goede, zuivere ruimtes. Waarschijnlijk is het bestaan van zulke gescheiden kleedhokken de voorwaarde waaronder het voor hen mogelijk is om hun dochters of zonen te laten deelnemen aan de zwemlessen. Zouden ze niet bestaan, dan zouden ze hun kinderen thuis houden en dan zouden die hun zwemdiploma niet halen.

Deze ‘redelijke accommodatie’ wordt gedaan om het makkelijker te maken voor immigranten om ‘mee te doen’ en te integreren in de maatschappij. Dat is wel paradoxaal: je integreert uiteindelijk beter als je je niet volledig hoeft aan te passen!

En dat is ook zo: ik weet zeker dat als deze gescheiden ruimtes hadden bestaan toen ik op de basisschool zat, mijn ouders mij hadden laten doorzwemmen totdat ik een zwemdiploma had behaald en me niet hadden gedwongen om met zwemles te stoppen. Als gevolg waarvan ik nu nog steeds niet kan zwemmen.

De vraag die rijst is: hoe ver ga je met redelijke accommodatie? In de nieuwe VPRO/Canvas documentairereeks ‘Allah in Europa’, waarin Jan Leyers op zoek gaat naar moslims in Europa, zie je dat Frankrijk en Groot-Brittannië een verschillend antwoord op die vraag geven.

Frankrijk moet niets hebben van redelijke accommodatie. Het land wil dat mensen één worden, allemaal Frans citoyen, die de liberté en egalité omarmen. Daarom wordt in Frankrijk een vrouw die met legging, shirt en hoofddoek op het strand ligt te zonnen door de politie gesommeerd een bikini aan te doen. Groot-Brittannië daarentegen gaat, van alle Europese landen, het verst met redelijke accommodatie. Je mag je kleden zoals je wilt en vrouwen wordt toegestaan gezichtssluiers te dragen.

Wat is de beste koers? Het voorbeeld van de kleedhokken maakt duidelijk dat redelijke accommodatie veel verstandiger is. Je krijgt de meeste mensen die meedoen.

Internship Communication and Event

Start: january/february

About Worldconnectors

Worldconnectors forms an independent intersectoral network of opinion leaders from all sectors of society: politics, media, government, science, religion and business. Worldconnectors facilitates innovative initiatives and develops intersectoral strategies for and visions on international sustainability issues.

About the tasks

As an intern you will be working on the external communication of Worldconnnectors. Communication tasks entail writing articles for the Worldconnectors website and spreading news through social media. In addition, you will edit articles and blogs of Worldconnectors and you will ask members to deliver content. You will also receive ample opportunity to help develop the communication strategy of Worldconnectors.

Moreover, you will support the Worldconnectors Coordinator with the organization of events. You will contribute to the preparation of meetings and think about new themes and work forms that members can work with in- or outside of the network.

What we ask

  • You have graduated or are at least in your third year of a relevant study of a university of applied sciences or at university level (for example communications, international relations or international development studies)
  • You have an interest in the sustainable development themes of Worldconnectors
  • You have an interest in communications and media
  • You can write short and clear pieces in English
  • You are an organizational talent
  • You are an independent worker and like to take on tasks proactively

What we offer

Worldconnectors will offer you a challenging internship in which you will obtain knowledge on international sustainability issues and get the opportunity to get practical experience within a dynamic non-profit organization. There is a lot of space for your own initiative. The intern will receive €150 per month as a stipend. The length of the internship is flexible and depends on the availability of the intern.

Are you interested to support the team of Worldconnectors? Please send your motivation letter and cv to [email protected] before the 27th of November.

 

 

 

 

 

[NL] Interview Joël Voordewind: “SDGs vormen de spil van armoedebestrijding”

Op de SDG Impact Summit van 25 september waren verschillende Kamerleden aanwezig die SDGs hebben geadopteerd en in debat zijn gegaan met verschillende sprekers over deze SDGs. Een van deze Kamerleden is Joël Voordewind van de ChristenUnie. Hij adopteerde SDG 1: Armoede de wereld uit, en SDG 8: Economische groei. Stagiair Eveline Winkel en coördinator Sander van ´t Foort spraken hem hierover.

 

 

U heeft tijdens de SDG Impact Summit een minuut gehad om uit te leggen waarom u deze SDGs heeft geadopteerd. Kunt u nog iets uitgebreider vertellen waarom u juist voor SDG 1 hebt gekozen?

“SDG 1 is voor mij erg belangrijk, omdat er wereldwijd nog steeds teveel mensen onder de armoedegrens leven. In mijn werk zet ik me vaak in voor de situatie van vluchtelingen, met name kinderen van vluchtelingen en opvang in de regio. Dit heeft te maken met subdoel 1.5: opvang van de armen in kwetsbare situaties. Ik zal me blijven inzetten om de noodhulp te versterken in Nederland. We hebben als coalitie in het regeerakkoord geschreven dat we het succesvolle Nederlandse noodhulpcluster Dutch Relief Alliance willen voortzetten. Dit was een wens van de CU. Ngo’s komen bij kwetsbare vluchtelingen in afgelegen plekken waar de VN organisaties niet bij komen. Daarom redt het een meerwaarde naast de VN ook de Nederlandse Ngo’s in te zetten bij noodhulp. Als ik in Libanon, Turkije, Jordanië of Irak kom, merk ik dat de vluchtelingen vaak erg verspreid zijn, en juist kleine Ngo’s zijn vaak in staat om een veel groter deel van deze mensen te bereiken. Ik ga me de komende tijd inzetten om deze mensen, die moeilijk te bereiken zijn, te voorzien van de basisbehoeften die ze nodig hebben.”

“Subdoel 1.3 gaat ook over armoedebestrijding, via het opzetten van sociale zekerheid systemen. Daar hebben we in het verleden als ChristenUnie ook aandacht voor gevraagd via het Social Protection Programme in verschillende Afrikaanse landen. Dit loopt via UNICEF, dat zorgt voor een soort sociaal vangnet, met name voor de meest kwetsbaren. Dit zijn in Zuidelijk Afrika vaak kinderen die geen ouders meer hebben door Aids. Het Social Protection netwerk moet er uiteindelijk toe leiden dat landen zelf het sociale vangnet in stand kunnen houden. Dit is ook redelijk goed gelukt in bijvoorbeeld Mozambique. Hier worden ook de meest kwetsbaren in de wereld bereikt, de aidswezen.”

En waarom is SDG 8 belangrijk voor u?

“SDG 8 gaat over duurzame en inclusieve economische groei. Er zitten nog 68 miljoen kinderen wereldwijd in de kinderarbeid, waaronder een groot deel in zeer gevaarlijke omstandigheden, met name in Azië maar ook in Sub-Sahara Afrika. Ik heb me de afgelopen jaren als Kamerlid steeds proberen in te zetten om iets aan die kinderarbeid te doen, om kinderen van kinderarbeid naar school te leiden. Er is nu jaarlijks 10 miljoen vrijgemaakt in de begroting voor de bestrijding van kinderarbeid, bijvoorbeeld voor het creëren van kinderarbeidsvrije zones. Dat is een structureel bedrag dat jaarlijks gereserveerd wordt voor het leiden van kinderarbeid naar school.”

“Daarnaast hebben wij als ChristenUnie ons ook ingezet voor eerlijke handel, met name ook over het naleven van de ILO arbeidsvoorwaarden. Daar valt kinderarbeid onder, maar ook dwangarbeid. De ChristenUnie wil dat hier een wettelijke ondergrens voor komt, zodat bedrijven weten waar ze aan toe zijn en we dit ook als consument inzichtelijk hebben. Zodat we met een gewetensvolle overtuiging ook onze producten in het Westen kunnen kopen. Als de IMVO convenanten onvoldoende tot resultaat leiden binnen twee jaar dan moet er een wettelijke ondergrens komen, zo staat er nu ook in het regeerakkoord op verzoek van de CU.”

Wat moet er in Nederland nog gedaan worden om deze SDGs te realiseren?

“Ten eerste moet onderkend worden dat de SDGs de spil vormen voor armoedebestrijding. Wij zouden graag willen als ChristenUnie dat hier meer geld voor beschikbaar komt. Ten tweede pleiten wij er ook voor dat er budget komt voor noodhulp voor mensen in kwetsbare situaties. Dit budget zou weer moeten worden uitgebreid, zodat bijvoorbeeld voor vluchtelingen opvang in de regio kan worden verbeterd. In de opvanglanden kunnen vluchtelingen het vaak niet veroorloven om hun kinderen naar school te laten gaan, omdat ze moeten werken aan een inkomen voor het huishouden. Als wij serieus vinden dat opvang in de regio humaan moet gebeuren, en ook voor de lange termijn, dan moeten we ook bereid zijn om te investeren in de regio. Gelukkig wordt hier nu in het regeerakkoord extra geld voor uitgetrokken vooral om vluchtelingenkinderen naar school te laten gaan.”

Wat gaat u er zelf aan doen?

“Er is meer geld nodig en daarnaast een sterkere focus op de zwaksten in de wereld, met name vrouwen en kinderen. Ik vind het erg belangrijk om kinderarbeid tegen te gaan. Als kinderen blijven vastzitten in kinderarbeid dan hebben ze niet de kans  om naar school te gaan en zichzelf te ontwikkelen. Dan blijven ze zitten in een armoedespiraal. We moeten elk kind recht geven op onderwijs en dus hun eigen ontwikkeling. God heeft ons allemaal unieke talenten gegeven. We zouden iedereen in staat moeten stellen om die talenten te ontwikkelen.”

Er wordt ook vaak gezegd, dat deze kinderen voor inkomen en een hogere levensstandaard voor de familie zorgen. Als dit inkomen vervalt, komen deze mensen mogelijk in nog ergere armoede terecht. Wat is uw mening hierover?

“Dat brengt mij op een ander speerpunt van ons, namelijk leefbaar loon. Wij vinden dat mensen in ontwikkelingslanden een loon moeten krijgen waar ze van kunnen leven. Dat maakt het ook mogelijk dat je je kinderen niet aan het werk hoeft te zetten  om inkomen te krijgen. Dan kun je kinderen daadwerkelijk naar school sturen. We hebben in India hele provincies gezien die kinderarbeid vrij zijn gemaakt, met name door samenwerking met vakbonden uit de regio. Toen hebben de vakbonden bedongen dat de ouders die banen innamen en dus ook een leefbaar loon zouden krijgen. Dat is in hele gebieden in India gelukt, waardoor er meer inkomen kwam in het gezin en waardoor die kinderen uiteindelijk toch naar school konden. Het is dus mogelijk! Het gaat erom dat wij elke generatie de kans geven om zich te ontwikkelen en uit die armoede te komen.”

Hoe denkt u dat een organisatie als de Worldconnectors hier aan bij kan dragen? 

“Blijf politici aanspreken op de verantwoordelijkheid die we hebben, niet alleen naar ons eigen land maar ook voor de zorg in de rest van de wereld. Binnenland is buitenland geworden. Vroeger had men nog weleens het idee dat we ons af konden sluiten voor het buitenland, maar lijdzaam toekijken is geen optie meer. We zijn mede verantwoordelijk voor elkaar. Zoals U2 het ook bezingt in ‘One World’.”